Schriftlezing: Genesis 28:10-22

 Geliefde gemeente. Kerken komen in alle vormen en maten voor, van simpele houten bouwsels tot massieve basilieken en kathedralen. Weet u waar de meest geïsoleerde kerk ter wereld is? Dat is de ‘Katskhi pijler’, de kerk op de klif in Georgië. Bovenop een enorme rotspilaar in Georgië, ongeveer 40 meter hoog, staat een heel oude en opmerkelijke kerk. Oorspronkelijk gebouwd in de 9e of 10e eeuw, deed het Katskhi complex lange tijd dienst als een klooster van de Georgisch-Orthodoxe Kerk. Toen in 1944 onderzoekers voor het eerst de pilaar bezochten, vonden ze enkel een ruïne. In de jaren '90 werd de kerk echter herbouwd en worden er sindsdien regelmatig diensten gehouden. De kerk is nu echter alleen toegankelijk voor de monniken.

Laten we een kijkje nemen naar die kerk.  https://www.youtube.com/watch?v=Se7LANQXt7Q

 

Wat een bijzondere kerk is dat. Misschien vraagt u zich wel eens af: ‘Wat maakt nu een plek tot een heilige plek? Wat maakt een gebouw tot een Godshuis?’ Laten we dat samen leren vanuit onze Schriftlezing.

Jakob was op de vlucht. Hij reisde van Berseba naar Charan, een lange reis van 850 km. Jakob vluchtte voor zijn broer Ezau, voor de wraak van Ezau. Ja, de zegen van de eerstgeboren zoon, die had Jakob meegekregen, maar het was een gestolen zegen. Jakob vermomde zich als Ezau en bedroog daardoor zijn blinde vader, die vervolgens het eerstgeboorterecht aan hem gaf. Van diefstal word je niet gelukkig. Jakob is eenzaam. Weg ouderlijk huis. Weg vertrouwde omgeving, weg ouders, weg veiligheid, weg rust. En dan: op weg naar een ver land, op weg naar een vreemde stad, op weg naar onbekende familie, op weg naar een onzekere toekomst. Zal hij ooit nog hier terugkomen? Of is hij voorgoed afgesneden van dit land, van zijn hele verleden? Jakob ligt hier bij de puinhopen van zijn bestaan. Hij is helemaal alleen onder de donkere hemel.

Herkennen we dit misschien ook uit eigen ervaring? De momenten dat je afscheid moet nemen van iets wat je dierbaar was. Je hebt opeens het gevoel dat je er helemaal alleen voor staat. Je wil je vastklampen aan wat is geweest, maar je kunt niet meer terug. En de toekomst vóór je? Die is onzeker en spannend. Dat gevoel kan je bekruipen als je van de vertrouwde middelbare school afgaat, naar de vervolgopleiding die nog vreemd is voor je. Of als je je opleiding afrondt en je begint aan je eerste echte baan. Of je hebt een vriend/ vriendin die gaat verhuizen naar een verre plaats, en je weet dat je hem/ haar gaat missen. Maar het kan ook ingrijpender zijn. Het gaat niet goed op je werkplek. Je kunt niet verder in je baan. Of je gezondheid laat je in de steek. Dat van vroeger, dat komt nooit meer terug. En misschien wel het meest ingrijpend, dat zijn de mensen die je ontvallen, mensen die je dierbaar waren, mensen van wie je hield, en nu moet je alleen verder.

Na 90 km reizen van Berseba stopte Jakob en overnachtte hij. Toen kreeg hij een droom. Hij zag een ladder die op de aarde stond en helemaal tot de hemel reikte, en daarlangs zag hij Gods engelen omhooggaan en afdalen.

De hemel is open voor Jakob! Ja, inderdaad open! Onvoorstelbaar is dit! Terwijl alle deuren voor Jakob dicht zijn, de deur naar zijn ouderlijk huis, de deur naar zijn vertrouwde omgeving, de deur naar zijn land, al die deuren zijn dicht, maar één deur staat wel open. De deur naar de hemel, deur naar God. Er is dus méér dan alleen een donkere hemel. Er is méér dan eenzaamheid. Er is méér dan een vlucht voor het verleden. Hier is… de Here God! Jakob dacht alleen te zijn, maar hij was nooit alleen.

Jakob zag Gods engelen omhooggaan en afdalen. Vindt u dit niet een aparte volgorde? Dat zouden we toch eigenlijk andersom verwachten: dat als de hemel opengaat, dat dan de engelen van God eerst naar beneden komen, en dan weer teruggaan naar boven? Engelen komen toch uit de hemel? Maar zo staat het er niet. Ze ‘klommen omhoog en omlaag.’ Weet u wat dit betekent? De engelen, Gods dienaren waren er dus al! Ze waren al om Jakob heen om hem te beschermen en te leiden. God bleek verrassend dichtbij.

God heeft de beloften bevestigd aan Jakob, de belofte die God eerder aan Abraham deed. De belofte van land, van nakomelingen, van zegen voor de volken en van Zijn nabijheid. Onvoorstelbaar is dit. Die beloften van God heeft Jakob niet verdiend, maar hij krijgt dat. Dat is genade! Genade is een geschenk dat je helemaal niet verdient! Zo is onze God, God van liefde en genade. Het betekent niet dat God de ogen sluit voor de fouten en zonden van Jakob. Nee. Jakob zal nog de reiniging en loutering meemaken op Pniël (Genesis 32:23-33). Jakob zal ook op Pniël een nieuwe naam krijgen, teken van een nieuwe mens. Hij zal voortaan niet meer Jakob heten (dat betekent: bedrieger), maar Israël (dat betekent ‘hij strijdt met God’). Jakob mag Gods genade ontvangen. God gaat met hem mee. Vers 15: ‘Ikzelf sta je terzijde, Ik zal je overal beschermen, waar je ook heen gaat, en Ik zal je naar dit land terugbrengen; Ik zal je niet alleen laten tot Ik gedaan heb wat Ik je heb beloofd.

Laten we dit diep in ons hart bewaren. God is een God van genade, Hij gaat door, ondanks onze zonden, alleen vanwege Zijn beloften. God toont Zijn grote liefde. De open hemel die Jakob meemaakt verwijst naar Jezus. Door de komst van Jezus is de hemel open voor iedereen die in Hem gelooft. Jezus is de poort naar de hemel, de deur naar God. Dat is genade! Vertrouwt u op Jezus? Leg je werkelijk je leven in Zijn hand, of probeer je het toch zélf allemaal wat te regelen met alle slimmigheid, net als Jakob? 

In de ochtend werd Jakob wakker, helemaal verbaasd en verwonderd. Hij zei: ‘Wat een ontzagwekkende plaats is dit ... Dit is niets anders dan het huis van God, dit moet de poort van de hemel zijn!’ Jakob gaf die plaats een nieuwe naam: Betel. Dat betekent: huis van God.

Waar God spreekt, en waar mensen Zijn stem horen, daar is Betel, Gods huis. Daar is de poort naar de hemel. En God spreekt door Zijn Zoon Jezus. Het huis van God, dat is de plek waar het woord van God mensen bereikt. En waar mensen mogen reageren op dat Woord door gebed, en door de lofprijzing. Kijk maar hoe Jakob hier reageert. Jakob is vol van verwondering en diep ontzag. God bleek dichterbij dan hij kon voorstellen. Wat een bemoediging! Wat een steun in de rug! Zó kan hij weer verder, de onbekende toekomst tegemoet. Zo is het ook voor ons nu! Hoe meer wij ontdekken wie God is en hoe groot Zijn liefde is voor ons, hoe meer wij vervuld raken met diepe verwondering en ontzag.

Jakob wijdde die plaats toe als huis van God. En Jakob doet een gelofte. Dat hij nooit meer een ander zal kiezen behalve de Here God. En dat hij een tiende deel zal geven aan God. Door van alles 10 % aan God te geven laat Jakob zien dat de dingen niet van hemzelf zijn. ‘Dit is niet mijn eigendom, maar Uw eigendom, Heer.’

Overal waar Jezus ons tegemoet komt, daar is Betel. Zo wijden we ons huis, als huis van God, waar wij elke dag een relatie opbouwen met Hem in gebed, in Bijbellezing en in lofprijzing. Uw werkplek of school kan ook Betel zijn, waar u God ontmoet en dient.

De kerk is bij uitstek Betel. Daar spreekt God tot ons. Daar bemoedigt Hij ons om verder te gaan, hoe onbekend ook de dag van morgen is. In de kerk zijn wij ook verbonden met elkaar als grote familie van God.

Wij zijn dankbaar dat de eredienst van de GKIN al enkele maanden open is zonder beperkingen. Desondanks zijn de aantallen kerkbezoekers nog niet terug zoals voorheen. In de vijf regio’s en HSK Antwerpen komen er op dit moment gemiddeld tussen 43 % tot 74 % van de kerkbezoekers in vergelijking met de tijd vóór de corona.

Wij zijn God dankbaar voor de technologie, mogelijkheden en inzet van onze broeders en zusters tijdens de pandemie, dat we de Online Landelijke Eredienst (OLE) kunnen uitzenden. Dat wij door de OLE de eredienst kunnen blijven volgen, ieder in eigen huis. De OLE bereikt ook mensen in verschillende landen en is tot zegen voor velen.  

OLE is geboren uit noodzaak vanwege de lockdown. Alles heeft zijn eigen tijd. Het is nu tijd om terug te gaan naar de fysieke dienst. Alleen door uw aanwezigheid in de fysieke dienst, kunnen we weer bouwen aan onze gemeente. Dat wij een levendige gemeenschap mogen zijn naar Gods hart.

Het raakt mij dat toen iemand voor het eerst weer in de kerk kwam na de strenge lockdown tegen mij zei: ‘Ik vind het zo bijzonder om hier weer in de kerk te mogen zijn. Dat maakt me emotioneel, om hier de kerk binnen te komen, na al die maanden. Ik word zo ontroerd en moet huilen.’ Inderdaad. Wat hebben we Gods huis gemist in de twee jaren, aan ontmoeting met God en met elkaar in de kerk.

Publieke festiviteiten, concerten en poppodia zijn weer vol nu, omdat de mensen die twee jaar lang gemist hebben vanwege de pandemie. Wat dat betreft kunnen we leren van hun enthousiasme.

Wie heeft de fysieke dienst gemist tijdens de lockdown? Laten we als Gods kinderen, die Gods huis hebben gemist, weer vol enthousiasme elke zondag komen naar de fysieke dienst. Laten we elkaar aanmoedigen om terug te gaan naar de kerk, zoals Psalm 84 ons aanspoort: ‘Beter één dag in uw voorhoven dan duizend dagen daarbuiten…’ 

‘Katskhi pijler’, de kerk op de klif in Georgië laat zien dat Gods huis gebouwd is op het enige fundament: Jezus de rots. Hij is trouw en machtig. Hij draagt Zijn kerk door de eeuwen heen, te midden van alle omstandigheden en uitdagingen. En vanuit die hoge kerk ziet men een kruis, symbool van hoop en redding voor de wereld! Die boodschap blijven we als Zijn kerk verkondigen totdat Jezus terugkomt.

Gelukkig kunnen we onze kerk veel makkelijker bereiken dan de ‘Katskhi pijler’ in Georgie, toch? Laten we met zijn allen weer terug gaan naar de kerk, naar Betel, huis van God. Hier verlangt God om ons te ontmoeten en te zegenen. Is dat ook niet ons verlangen?

Amen.