Psalm 133:1-3

Geliefde gemeente. De eerste week van oktober staat in onze kerk in het teken van gezinsweek. Daarom focussen we in deze preek in het bijzonder op het gezin.

In Nederland is er een televisieprogramma ‘Het Familiediner’ van de EO (Evangelische Omroep). In dit programma gaat presentator Bert van Leeuwen steeds op pad om familieruzies op te lossen. Broers en zussen die elkaar niet meer spreken, of vader en zoon die al jarenlang geen contact meer hebben. Bert probeert ze weer bij elkaar te brengen.

De oorzaak van die familieruzies lijken soms heel klein, zoals een foute opmerking over kleding of de verkeerde toon tijdens een gesprek. Soms is de oorzaak ook niet meer te achterhalen. In dit programma gaat Bert op bezoek bij de ruziënde families thuis en probeert hen over te halen om tijdens een diner een stap naar elkaar toe te zetten. Sinds 2003 is ‘Het Familiediner’ vaak de laatste oplossing om verstoorde familierelaties te herstellen. Wat ook opmerkelijk is, dit is één van de langstlopende televisieprogramma's in Nederland. Wat is het goed om te verlangen naar herstel in een relatie en je daarvoor in te zetten.

Psalm 133 bezingt de broederlijke verbondenheid. De zusters horen daar ook ongetwijfeld bij, al werden ze in die tijd niet specifiek genoemd. Die broederschap en zusterschap is zo bijzonder. Kijk hoe de Psalmdichter begint: “Hoe goed is het …hoe heerlijk, als broeders (en zusters) bijeen te wonen” Dat betekent: wat mooi, wat prachtig!

Psalm 133 is een pelgrimslied. Deze Psalm hoort bij de liederen Hammaäloth, een serie van 15 psalmen (Psalm 120-134) die onderweg wordt gezongen door de Israëlieten in verband met de grote jaarlijkse pelgrimsreis naar Jeruzalem. Daar wil God hen ontmoeten. Daar gaan ze God aanbidden, loven en prijzen. Deze serie is zo gerangschikt dat de eerste psalmen handelen over allerlei bedreigingen en moeilijkheden, die men kan meemaken op die lange reis. Bijna aan het eind van deze serie (Psalm 133) wordt ons verteld over de broederlijke gemeenschap die goed is in Gods ogen. Deze serie eindigt met het binnengaan van Gods tempel waarbij het doel van de reis uiteindelijk bereikt wordt. Wat kunnen we hiervan leren? Wij kunnen allerlei moeilijkheden tegenkomen in dit leven, maar met Gods zegen gaan we samen als gezin op weg naar het doel dat God voor ons heeft.

Wij leven in een gebroken wereld. Door de zondeval is de relatie tussen de mensen en God, de relatie tussen mensen onderling, en relatie tussen mensen en de natuur gebroken. De liefdevolle band in het gezin, in de familie is ook niet vanzelfsprekend. Koning David weet dit ook. Als David Psalm 133 schrijft, is het nog niet zo lang geleden dat er burgeroorlog was. Na de dood van koning Saul koos de stam van Juda voor David als nieuwe koning. David werd gezalfd door de profeet Samuël, God Zelf wilde dat David koning zou worden. Maar de andere stammen kozen voor Isboseth, de jongste zoon van koning Saul (II Samuël 2:10). En zo brak er oorlog uit, burgeroorlog, zeven en een half jaar lang, terwijl ze broeders en zusters waren. Uiteindelijk komt het goed, maar wel na heel veel ellende en bloedvergieten. Alle andere stammen van Israël komen David vragen of hij koning wil worden. En dan, eindelijk, is David koning over heel Israël. David wil eenheid, hij wil verzoening. Hij heeft Saul, en ook de familie van Saul, nooit kwaad willen doen. En wat doet David dan? Hij kiest heel bewust voor Jeruzalem als hoofdstad. Want Jeruzalem ligt precies op de grens van het gebied van Juda, de stam van David zelf, en Benjamin, de stam van koning Saul.

Dus, als de mensen daar samen feestvieren, daar in Jeruzalem, met elkaar, heel Israël, dan begrijpt iedereen dat dat een wonder is, dat dat zo goed is, dat het God Zelf is die hen bij elkaar brengt. God beweegt hen om de stap te nemen naar de grensplaats waar ze de ander kunnen ontmoeten. De mensen zingen Psalm 133 met blijdsschap als ze naar Jeruzalem toegaan, ze zingen het als ze daar zijn, en ze zingen het ook nog op de terugweg. Jong en oud zijn verenigd. Tijdens het zingen kijken ze ongetwijfeld ook naar elkaars gezichten. Misschien houden ze elkaars handen ook vast. Misschien zingen ze met verschillende stemmen (sopraan, alt, tenor, bas), of zingen ze in canon. Van ver weg is hun lied al te horen: ‘Hoe goed is het, hoe heerlijk, als broeders (en zusters) bijeen te wonen” Of zoals de vertaling van de Bijbel in Gewone Taal: ‘Wat is het leven goed en mooi als mensen in liefde met elkaar leven!’ De Israëlieten die dit lied zingen ervaren Gods genezing en heling voor hun volk, voor hen als broeders en zusters.

Ooit zei een oudere gemeentelid tegen mij tijdens een huisbezoek: ‘Niets is mooier dan te zien dat de kinderen en hun gezin allemaal zitten rondom één tafel en genieten van het eten en samenzijn. Niets maakt je blijer dan dat.’ Als aardse vader of moeder blij wordt van de liefdevolle band tussen de kinderen, zo blij is ook God onze hemelse Vader als wij, Zijn kinderen in liefde met elkaar leven.

 

David zegt: ‘Hoe goed is het, hoe heerlijk, als broeders (en zusters) bijeen te wonen’. Die liefde voor elkaar, dat is net als de olie waarmee de hogepriester wordt gezalfd, waarmee hij wordt ingewijd. Wij kennen dat niet: dat iemand gezalfd wordt met olie. Vergelijk dit ook niet met minyak gosok, minyak angin, minyak kayu putih, minyak tawon, allerlei verschillende oliën die in Indonesië worden gebruikt voor massage of als je je niet lekker voelt. Nee. In de Bijbel is olie een teken van de Heilige Geest. En die olie, die liep zo over het hoofd van de hogepriester (zoals Aäron), zijn baard, en zo over zijn priestergewaad. Drie keer een neerdalende bewegingen dus!

Die olie was gemaakt volgens een recept van God Zelf, u kunt dat recept vinden in Exodus 30:23-24. Wat bijzonder is het. God geeft hier Zijn beste recept die niet te evenaren is: ‘Neem 5,5 kilo mirre, 2,75 kilo kaneel, 2,75 kilo kalmoes, 5,5 kilo kassia en 3,7 liter olijfolie. Maak daarmee de heilige zalfolie.’ (zie BasisBijbel). Die olie wordt nog steeds gemaakt volgens dit recept, het geurt heerlijk. Dus die liefde voor elkaar is als olie, gemaakt volgens Gods eigen recept, olie die door heel de tempel geurt, die voor iedereen geurt, heerlijk om te ruiken. Nou, zo is het ook met ons! Als wij van elkaar houden, en aandacht hebben voor elkaar, en elkaar helpen en steunen, elkaar willen begrijpen, en elkaar vergeven, dan zal iedereen om ons heen dat merken! Zoiets, dat ruik je gewoon!

David zegt vervolgens, ‘Die liefde lijkt ook op de dauw van Hermon.’

Hermon is de hoogste berg in Israël. Helemaal in het noorden van het land. Op de grens met Libanon en Syrië. Op de top van die berg Hermon ligt eeuwige sneeuw, ook in de zomermaanden. Die sneeuw is de bevroren watervoorraad van Israël. Maar als overdag de zon op de sneeuw van de Hermon schijnt, dan verdampt er ook het een en ander. En ’s nachts, als het koeler wordt, slaat die waterdamp als dauw neer op de berghellingen en op de vlakten. Dat maakt het land vruchtbaar. Die Hermon-dauw geeft veel water met name in Galilea, het vruchtbaarste deel van Israël. Waar dauw is, is leven, vruchtbaarheid, en groei! Waar liefde is, is leven, daar leven de mensen op en komt iedereen tot bloei!

Hoe goed is het, hoe heerlijk, als broeders (en zusters) bijeen te wonen’. Misschien vraagt u zich af: is het niet te idealistisch? Geliefde gemeente, deze wereld is inderdaad een gebroken wereld. In een gebroken wereld bevinden zich ook gebroken gezinnen en families. Maar weet dat de Here Jezus gekomen is naar deze wereld. Door de komst van Jezus is er herstel mogelijk: herstel tussen de mensen en God, tussen de mensen onderling, tussen de mensen en de schepping. Jezus is gekomen ook om Gods genezing en heling te brengen in het gezin. Door de komst van Jezus, is Psalm 133 vervuld. Zo verbindt Jezus de gelovigen als broeders en zusters in Zijn kerk, als een grote familie van God ondanks dat wij geen bloedverwanten zijn zoals de Israëlieten, ondanks dat wij allemaal verschillend zijn (qua achtergrond, denkwijze, karakter, etc). Zoals in het lied dat wij hebben gezongen: ‘U roept ons samen als kerk van de Heer, verbonden met U en elkaar’.

Waar liefde woont geeft de Heer Zijn zegen. Sterker nog: daar gebiedt de Heer Zijn zegen. Wij willen allemaal zegeningen. Wij zoeken naar zegeningen. Ieder gezinslid is bezig om zegeningen te zoeken in onze dagelijkse bezigheden: in studeren, werken, presteren,  in nevenactiviteiten, sociale en vriendschappelijke omgang, etc. Niet zelden dat wij door alle bezigheden, dat wij als gezin of familie ons eigen leven leiden en elkaar uit het oog verliezen. Psalm 133 wil tegen ons zeggen: Zoek dan niet de zegening, maar zoek de broederlijke en zusterlijke liefde en zet je daarvoor in. Dan zal God pas die zegen geven.

Twee weken geleden heeft Groot-Brittannië afscheid genomen van koningin Elizabeth II. Zij is een toonbeeld van trouw en toewijding om de roeping en verantwoordelijkheid die toevertrouwd is te vervullen. Zij gaf ook voorbeeld van een rotsvast geloof in Christus. Heeft u de uitvaartdienst van koningin Elizabeth II gezien? Ik vind het zo indrukwekkend dat tijdens de uitvaartdienst een paar miljard mensen in de wereld de woorden van de Here Jezus gehoord hebben, die zei: ‘Ik ben de weg, de waarheid en het leven ...’ Wat een getuigenis is dat! Wij weten dat er ook relatiespanningen in de Koninklijke familie van Groot-Brittannië zijn. Koningin Elizabeth II probeerde hierin te bemiddelen. Zij heeft bijvoorbeeld Meghan Markle, de vrouw van prins Harry, geprobeerd te stimuleren om de relatie met haar vader, Thomas Markle, te herstellen.

In deze gezinsweek, laten we  aan zelfreflectie doen: ‘Wat kan ik doen om de band in mijn gezin te versterken? Is er een bepaalde houding die ik moet veranderen in mijn gezin?’ Laten we God vragen om ons de kracht te geven dit in praktijk te brengen.

In Filippenzen 2:1-4 doet apostel Paulus een oproep tot eensgezindheid, een oproep dat gericht is op de gemeente van Christus, dat ook van toepassing is voor ons als gezinnen: ‘1 Nu u door Christus zozeer bemoedigd wordt en liefdevol getroost, nu er onder u zo’n grote verbondenheid met de Geest is, zoveel hartelijk medeleven, 2 maak mij dan volmaakt gelukkig door eensgezind te zijn, één in liefde, één in streven, één van geest. 3 Handel niet uit geldingsdrang of eigenwaan, maar acht in alle nederigheid de ander belangrijker dan uzelf. 4 Heb niet alleen uw eigen belangen voor ogen, maar ook die van de ander.

Moge God genezing en heling brengen in veel gezinnen.

Amen.