Lucas 22:24-34
‘Hoogmoed is de moeder van alle zonden. De wortel van alle kwaad...’ Dat hebben wij afgelopen zondag in de preek van ds. Marla Winckler- Huliselan gehoord over ‘Gelukkig wie nederig van hart zijn’. Hoogmoed is de zwakheid van Petrus. Overmoedig en zo zelfverzekerd is hij. Dat is de strijd van het leven van Petrus.
Tussen de discipelen van Jezus heerste er een sfeer van concurrentie. Ze hebben ruzie gemaakt over de vraag wie de belangrijkste is. Daar zit geldingsdrang in, en zelfoverschatting. In de strijd tussen de discipelen wil Petrus laten zien dat hij ongetwijfeld de belangrijkste is. Het is triest dat de discipelen zich druk maken over wie de belangrijkste is, terwijl Jezus hen vertelt over Zijn lijdensweg, en het kruis op Golgotha steeds dichterbij komt. Alsof ze geen aandacht hebben voor de woorden van Jezus en alleen maar bezig zijn met hun eigen gedachten. Alsof ze geen enkele empathie hebben voor hun Meester. Zou Jezus zich niet verdrietig en eenzaam voelen op dat moment?
Jezus waarschuwt Petrus dat Petrus de grote strijd van het leven zal meemaken. Maar Jezus gebruikt niet de naam Petrus, wat betekent: ‘rots’. Nee. Jezus weet hoe moeilijk het gaat worden. Petrus zal de komende nacht geen rots zijn. Jezus noemt hem daarom bij zijn oude naam ‘Simon.’ ‘Simon, Simon,’ zegt Jezus, ‘...weet dat Satan jullie voor zich heeft opgeëist om jullie als graan te mogen zeven...’
Laten we alert zijn. Te midden van de strijd van het leven is er satan die ons in zijn greep wil krijgen. Waarom? Om ons heen en weer te schudden, zoals in een zeef. Satan wil dat we, te midden van de strijd van het leven, ons geloof verliezen.
Hier gebruikt Jezus een beeld uit Zijn tijd. Als het graan rijp was, ging je het eerst oogsten. Daarna ging je het dorsen. De ossen liepen over het graag heen, waardoor de graankorrels al loskwamen van het kaf. Vervolgens deed je het graan in een wan, een grote mand. Je gooide het omhoog, het kaf waaide weg door de wind. Kaf en koren werden zo gescheiden. Als laatste deed je het koren in een zeef om het te zuiveren van het nog achtergebleven zand. Dit doet mij denken aan hoe de rijst op traditionale wijze gezeefd wordt in Indonesië, zoals ik vroeger zelf ooit heb gezien bij mijn oma. Zo deed zij dat om de rijst te scheiden van de resterende rijstkaf, stof en gruis.
Dat is het beeld dat Jezus hier gebruikt. ‘De satan wil jullie zeven,’ zegt Jezus. Hij wil jullie op een verschrikkelijke manier testen, en hij gaat ervanuit, dat er van jullie geloof dan niets overblijft. Helemaal niets.
Ja, de boze is erop uit om mensen omver te halen. We moeten satan absoluut niet onderschatten. Hij wil niets liever dan dat wij te midden van de strijd bouwen op onze eigen kracht, en dat we dan God vaarwel zeggen. Satan wil je losmaken van Christus, zodat je het geloof in de Heer Jezus, de liefde tot Hem en de hoop op Hem kwijt raakt. Daarvoor kan satan van alles gebruiken. Ook een crisis in ons leven. Ook deze coronapandemie. De satan heeft een heel arsenaal pijlen op zijn boog. Zijn aanvallen zijn steeds anders. Als de ene niet lukt, dan probeert hij de andere. Tegenspoed en voorspoed, verdrukking en verleiding. Op allerlei manieren kan hij aan ons leven schudden, zodat we zullen afhaken en ons vertrouwen in Christus zal ophouden.
Wij hebben allemaal ook onze eigen zwakheden. Kent u de gevaren van de GSM? GSM: Geld, Seks, Macht. Oftewel: bezit, lust en macht. Iedereen kan vallen. U, jij, en ik. Niemand is imuun. Er zijn veel kerkleiders of beroemde (TV)-evangelisten die hierin zijn gevallen.
Hebt u ooit gehoord over de zeven hoofdzonden (waarin hoogmoed de moeder is van alle zonden)? Paus Gregorius I (590-604) stelde de zeven hoofdzonden vast, namelijk: hoogmoed, hebzucht, wellust, jaloezie, vraatzucht, boosheid, en luiheid. Kunt u hierin reflecteren waar uw zwakke punt ligt? Wanneer werd u hierin voor het laatst op de proef gesteld?
Zelfs wanneer wij denken dat wij sterk zijn, dan kan het juist een open deur zijn voor de boze om ons te zeven. Paulus waarschuwt ons in I Korintiërs 10:12 “Laat daarom iedereen die denkt dat hij stevig overeind staat oppassen dat hij niet valt”. Het is niet voor niets dat Jezus ons leert bidden: ‘Leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze.’ Leid ons niet in verzoeking, dat betekent: ‘Breng ons levenspad alstublieft niet op plaatsen waar satan de kans krijgt om aan ons te gaan schudden, waar hij ons kan verzoeken, maar verlos ons van de boze.’ Houd hem alstublieft op afstand.
Maar nu je dit zo hoort denk je wellicht: ben ik dan een speelbal van de duivel? Dat is toch een verschrikkelijke gedachte. Ja, dat is zo, maar let u er dan op wat Jezus hier zegt: ‘...weet dat Satan jullie voor zich heeft opgeëist om jullie als graan te mogen zeven.’ Opgeëist. De duivel doet alsof hij rechten heeft. Maar hij heeft geen rechten. Want er is er maar Eén die beslist en dat is God, de hemelse Vader. Als satan inderdaad ons leven heen en weer schudt, dan kan dat alléén maar voor zover God hem daarvoor de ruimte geeft. Voor zover God dat toelaat. De macht van de boze is verbijsterend groot, maar uiteindelijk heeft hij het niet voor het zeggen.
Laat dit ons bemoedigen. God geeft aan satan ruimte om nog steeds rond te gaan als een brullende leeuw (I Petrus 5:8), maar nooit verliest Hij ons uit het oog. Hij weet precies wat Hij doet. God is trouw en houd je vast te midden van de strijd van het leven. I Korintiërs 10:13: ‘U hebt geen beproevingen te doorstaan die niet voor mensen te dragen zijn. God is trouw en zal niet toestaan dat u boven uw krachten wordt beproefd: hij geeft u mét de beproeving ook de uitweg, zodat u haar kunt doorstaan.’ Al blijven er veel raadsels en krijg je op veel vragen geen antwoord in je leven, dit ene mogen we vasthouden: het loopt God niet uit de hand. Hij is sterker en heeft alle macht in hemel en op aarde. Dat is maar goed ook, want uit onszelf redden we het niet. Petrus beseft dat hier nog niet. Hij zal zwakker blijken te zijn dan hij nu denkt. Hij heeft vertrouwen in zichzelf, dat hij Jezus niet zal loslaten. Petrus heeft alle vertrouwen in zijn volhardend geloof. Maar Jezus weet wel beter. Hij kent de macht van de boze als geen ander. Hij weet dat Petrus straks drie keer glashard zal ontkennen dat hij iets met Hem heeft.
Petrus zal falen. Maar hij zal uiteindelijk niet zijn geloof verliezen. Waarom niet? Omdat hij zo sterk is? Nee, dat niet! Petrus behoudt zijn geloof, omdat Jezus voor hem gebeden heeft. ‘Maar Ik heb voor je gebeden opdat je geloof niet zou bezwijken...’ Petrus wordt door God vastgehouden, omdat Jezus voor hem aan het kruis is gegaan. Christus‘ gebed draagt Petrus te midden van de strijd van het leven.
In mijn tienerjaren had ik een groot familieprobleem. Het was niet makkelijk voor mij om hiermee om te gaan. Ook om met iemand hierover te delen. Maar op een dag ontmoette ik mijn godsdienst leraar op school en hij zei tegen mij: ‘Ik weet hoe zwaar het is voor jou, maar ik heb voor jou gebeden’. Die woorden raakten mij enorm. Ik was zo ontroerd. ‘Ik heb voor jou gebeden’.
Weet dat er Iemand is die ook voor u, jou, en mij steeds bidt. Dat is onze Heer en Heiland Jezus Christus. Zoals Jezus voor Petrus gebeden heeft, zo bidt Jezus voor een ieder van ons. Hij weet hoe zwak wij zijn. Hoe gevoelig we zijn voor verleiding. Hij weet hoe zwaar de strijd van het leven kan zijn. Maar Hij bidt voor ons!
Misschien bevindt u zich op dit moment te midden van de hevige strijd van het leven. Door de coronacrisis of door andere redenen. Misschien gaat u door een diep dal en denkt u: hoe is het mogelijk dat dit allemaal over mij heen komt? Hoe kan God dit toelaten? En misschien wankelt je geloof zo erg zoals Petrus. Kijk dan vandaag in de liefdevolle ogen van de Heer Jezus, die voor jou geleden heeft en gekruisigd is, en die het tegen jou zegt: ‘Ik heb voor jou gebeden opdat je geloof niet zou bezwijken.’ Zie, hoe Hij bloedt en zeer angstig is als Hij bidt in de hof van Getsemane.
Hij pleit voor ons bij Zijn Vader (Romeinen 8:34), als ons geloof wankelt, als wij struikelen en ontrouw zijn. Hij gaat voor ons op de knieën om onze ontrouw te vergeven. Hij bidt voor ons nu ons leven vol onzekerheid is te midden van deze pandemie. Maar bidden is zwaar werk. Het kost Jezus alles, zelfs Zijn leven. ‘Ik heb voor je gebeden. En daarom zal je geloof niet ophouden.’ Wat een geweldige zekerheid en vast fundament ligt er in deze woorden van Jezus.
Voor Petrus is deze crisis tot een heilzame crisis geworden. De crisis waar Petrus doorheen gaat, de crisis waarin hij faalt, maar waarin hij toch zijn geloof behoudt, omdat Jezus voor hem bidt, die crisis wordt door God gebruikt om Petrus verder mee te vormen. Zonder die crisis zou Petrus een ander mens geworden zijn, zonder die crisis zou Petrus een zelfingenomen mens gebleven zijn, en nooit hebben geleerd wat het is om van genade te leven. In de strijd van het leven leerde Petrus dat hij alleen op de Heer Jezus kon bouwen.
Na die afschuwelijke verloochening is Petrus tot inkeer gekomen. Bekering: terug naar God, terug naar Jezus. En dan ontvangt Petrus ook een opdracht. “...En als jij eenmaal tot inkeer bent gekomen, moet jij je broeders sterken.”.
Zo zijn we ook geroepen als gemeente van Christus om elkaar te versterken door er voor elkaar te zijn, door voor elkaar te bidden.
Laten we niet alleen aan iemand beloven: ‘Ik zal voor je bidden’, maar ook daadwerkelijk voor die ander bidden. Kent u, ken je iemand die zich bevindt te midden van de hevige strijd van het leven? Die het misschien niet meer volhoudt om te vertrouwen op God? Die dreigt te vallen? Juist in deze crisistijd hebben we elkaars gebed hard nodig. Dat wij standvastig mogen blijven, wetende dat wij allemaal gedragen worden door Christus’ gebed te midden van de strijd van het leven.
Amen.