Schriftlezing : Handelingen 15: 35-41 en Romeinen 14:16-19
Gemeente van onze Heer Jezus Christus, broeders en zusters,
Er gaat een verhaal over een rabbijn die op een dag een gemeentelid op bezoek kreeg. ‘Ik wil met u delen over wat die en die mij heeft aangedaan!’ zei het gemeentelid en hij begon te vertellen. Een uur later zei de rabbijn: ‘U heeft helemaal gelijk!’ en de man vertrok.
De volgende dag stond het andere gemeentelid, de andere partij in het conflict bij de rabbijn thuis. ‘Ik weet niet wat u gehoord heeft maar ik wil met U delen wat ik meegemaakt heb! zei de man. Na opnieuw een uur geluisterd te hebben zei de rabbijn: ‘U heeft helemaal gelijk!’ En hij liet ook deze man uit. Toen kwam de vrouw van de rabbijn uit de keuken. Ze zei: ‘Ik luister nooit mee, dat weet je wel. Maar toevallig heb ik dat gesprek van gisteren gehoord en dat gesprek van vandaag. Die twee mannen staan lijnrecht tegenover elkaar! En jij zegt tegen allebei: ‘U heeft helemaal gelijk!’ Hoe kan dat nou? Of de één heeft gelijk, of de ander!’ Wat zou de rabbijn tegen zijn vrouw zeggen, denkt u?: ‘Schat, je hebt helemaal gelijk!’
Vandaag hebben we in de Bijbel gelezen over een conflict, een grote onenigheid. In vers 39 staat: ‘Een en ander leidde tot grote onenigheid (tussen Paulus en Barnabas), zodat zij uit elkaar gingen en Barnabas samen met Marcus naar Cyprus vertrok’. In Romeinen staat de onenigheid over wat mag je wel en niet eten en wat is het belang van feestdagen? Hoe ga je om met je eigen overtuiging en die van een ander? Deze brengt de onrust in de gemeente. Ik kan me dat helemaal voorstellen dat u denkt: ‘is er geen andere tekst om er over te hebben? want het liefst zou u dit over willen slaan. Net als de rabbijn zeg ik u ook: ‘U heeft helemaal gelijk!’
Want conflict, ruzie kost bergen energie. Je kan terug in je schulp schuilen, vechten of reageren. Maar dat alles vreet je op, van binnenuit. Je twijfelt aan jezelf en je wordt op de proef gesteld: ‘Heb ik goed gehandeld’? Dat kost je je nachtrust, je gezondheid, je relatie als je niet oppast. Dit is dus geen prettig onderwerp.
Toch moeten wij dankbaar zijn dat ook dit verhaal in de Bijbel staat. Weet u waarom? Omdat dít het leven is zoals wij dat ook kennen. Conflicten komen op ons pad en we zullen ons hiertoe moeten verhouden, of we willen of niet. Het gebeurt thuis, in de familie, op het werk, in onze omgeving en ook in de kerk. Tegelijkertijd staat de onenigheid niet zomaar in de Bijbel. God wil ons leren over wie wij zijn als gemeenschap van Christus. Mensen met ieder zijn eigen karaktereigenschappen, zoals Barnabas, Paulus, Johannes Marcus en mensen met eigen overtuigingen zoals in Rome in die tijd. Zoals wij die hier zitten.
De onenigheid tussen Paulus en Barnabas gaat om Johannes Marcus, neef van Barnabas. Paulus wilde hem niet meenemen op zijn tweede zendingsreis (Hand.15:38) omdat Johannes Marcus de eerste zendingsreis niet heeft kunnen volbrengen. Halverwege de zendingsreis is hij naar huis gegaan (Hand.13:13). Paulus kiest voor zijn overtuiging dat een dienaar van God moet stressbestendig en betrouwbaar zijn. Dus er was geen ruimte voor Johannes Marcus.
Integendeel wilde Barnabas de tweede kans geven aan Johannes Marcus, zodat hij ervaring kon opdoen in de bediening. En dit gaat met vallen en opstaan. Heb dus geduld met hem! Trouwens, Barnabas was degene die Paulus de tweede kans heeft gegeven in de eerste christen gemeente na zijn bekering. Uiteindelijk zijn ze uit elkaar gegaan en Johannes Marcus ging met Barnabas mee op zendingsreis. Beide hebben gelijk als het gaat om het werk van God. En deze karaktereigenschappen hebben we ook in de kerk nodig. De vraag is wat wilt God ons leren door een onenigheid of een conflict in de kerk?
Broeders en zusters,
Een conflict of onenigheid brengt u en mij bij een diepere laag: de genade. Hoe gaat u daar mee om?
Dietrich Bonhoeffer, theoloog, predikant, verzetsman in de Tweede Wereldoorlog en is door de Nazi’s omgebracht.
Hij leidde een seminarie, Finkenwalde, waar theologiestudenten werden opgeleid en zij vormden ook een woongemeenschap waar veel kans op conflicten aanwezig waren. In zijn boek ‘Leven met elkander’ zegt Bonhoeffer:‘je kunt op twee manieren een onderlinge band als christenen hebben’.
De ene manier is dat je een psychische band hebt. Dat wil zeggen dat je psychisch op dezelfde lijn zit: het klikt, je voelt elkaar aan, je vindt het leuk om met elkaar om te gaan, je geniet van elkaar, en zo krijg je een heerlijke band met elkaar.
De andere manier is die van de geestelijke band. Een geestelijke band betekent dat je heel diep gaat beseffen, dat je verbonden bent met dezelfde Heer, dat je afhankelijk bent van Zijn genade. Door die geestelijke band ontdek je dat je deel uitmaakt van hetzelfde lichaam van Christus.
Wat Bonhoeffer verder zegt is heel opmerkelijk! Hij heeft helemaal gelijk. Hij zegt dit: er móét een moment komen, dat je teleurgesteld raakt in je medechristenen. Dat je je misschien wel zwaar gekwetst voelt door je broeder of zuster.
Waarom is dat nodig? Omdat je anders kunt blijven hangen op dat niveau van die psychische band: dat je het allemaal leuk en gezellig hebt met elkaar. Omdat het allemaal zo goed klikt, maar dan ben je geen kerk. Dan ben je een club. In de kerk zijn we aan elkaar gegeven omdat we allemaal als zondaren die leven van dezelfde genade. Het is de genade die ons samenbindt, en niet alleen de prettige klik.
Je hebt elkaar niet uitgekozen, en misschien klikt het helemaal niet, maar je bent aan elkaar verbonden door Christus Zelf. En als je dát hebt ontdekt, misschien wel júíst door die teleurstelling, dan ben je een gezegend mens, en dan kun je ook heel veel aan. Dan loop je niet weg maar leer je de ander lief te hébben, ook als je de ander niet lief víndt. Dat we heel diep ervaren dat Christus ons samenbindt. Dat Hij Zelf ons oproept om elkaar lief te hebben. Of het nu klikt, of niet.
Broeders en zusters,
U merkt dat er een heel andere benadering wordt neergezet over de gemeente van Christus. En zo nemen we de woorden van apostel Paulus ter harte: Laten we streven naar wat de vrede bevordert en naar wat opbouwend is voor elkaar (Romeinen 14:19). Wat wil Paulus tegen ons zeggen? Dat wij op zoek gaan naar het goede (Spreuken 11:27). Naar rechtvaardigheid, vroomheid, geloof, liefde, volharding en zachtmoedigheid’ (1 Tim.6:11). Naar de vruchten van de Geest in Galaten 5:22-23 die eindigt met zelfbeheersing.
Paulus zegt ook iets over streven naar wat opbouwend is voor elkaar. Een vertaling geeft hier aan ‘elkaar toerusten’. Dus streven naar vrede en elkaar opbouwen of elkaar toerusten verbonden zijn met elkaar.
Je kan geen vrede ervaren zonder elkaar te willen toerusten. In september beginnen we met de KTB, ik hoop dat u hiervoor open staat. Dat helpt om te beseffen dat de kerk niet een club is maar mensen die bijeen zijn gebracht door Christus en uit de genade van Christus leven. Dat het koninkrijk van God geen zaak is van eten en drinken maar van gerechtigheid, vrede en vreugde door de heilige Geest.
Daardoor zouden we moeten leren omgaan met verschil, dat de ander anders is dan je eigen persoon. Aanvaard elkaar en vel geen oordeel over elkaar want God is het die ieder mens zal oordelen. Jezus is gestorven en opgestaan en Heer is van doden en levenden. U, jij bent van Hem. Ik ben van Hem. Die ander is ook van Hem. Dit is de kern van het geloof.
Laat een ieder terug gaat naar zijn of haar binnenste, bidden om rust en kracht en de heilige Geest zal u daarbij helpen om tot inzicht te komen.
Broeders en zusters, U bent waarschijnlijk benieuwd hoe het verder gaat met Paulus, Barnabas en Johannes Marcus. In de Bijbel lezen we nergens dat ze het hebben uitgepraat. Later pas besefte Paulus dat die eerste zendingsreis voor Johannes Marcus te zwaar was en Paulus waardeerde het werk van Johannes Marcus (2.Tim.4:11). Johannes Marcus was de schrijver van het ‘Marcus evangelie’.Dus als het goed gekomen is tussen Paulus en Johannes Marcus, dan is het ongetwijfeld ook goed gekomen tussen Paulus en Barnabas.
Wij vinden conflicten, ruzies niet fijn. Het liefst willen we het vermijden, maar soms moeten we ergens doorheen om geestelijk te kunnen groeien. Terug naar de rabbijn aan het begin van deze prediking. Deze rabbijn heeft gehoord over een conflict en zegt aan beide mannen ‘je hebt gelijk’. Als je in de plaats van deze rabbijn zou zitten, wat zou je zeggen en welke houding zou je nemen? Wil je een deel van problemen of een deel van de oplossing van het conflict zijn? Wat het ook is, streef naar wat de vrede bevordert en opbouwend is voor elkaar. God zegene ons allen.
Amen